Het gouden randje van Eve Schippers: schrijven is een manier om houvast te ervaren en met mijn verdriet in gesprek te gaan

Op een warme zomerdag vorig jaar, mocht ik Eve Schippers ontvangen bij ons in de tuin. Eve is een vrouw met een missie: zorg dragen voor pijn en verdriet. Haar levenservaringen brachten bij haar vanbinnen een beweging op gang die zich ondertussen ook in de buitenwereld voltrekt. Zo werd vanuit haar eigen innerlijke bedding, haar coaching-praktijk De zachte bedding geboren. Hieronder lees je het verhaal van Eve.

Op vrijdag 10 februari van 14u tot 16u komt Eve naar Gloed om voor te lezen uit 'op het bankje van verdriet'. Meer info onderaan.

“Verlies zit als een rode draad verweven doorheen mijn leven. Toen ik in de buik zat van mijn mama, zat zij aan het sterfbed van mijn zusje van vier. Als ongeboren opgroeiend baby’tje kon ik ongetwijfeld een deel van haar verdriet voelen. Zes maanden na mijn geboorte is mijn zusje overleden en kreeg mijn mama kanker. Zij overleed toen ik twee jaar was. Ik had nog één oudere broer. In 2016 stierf hij aan leukemie, wat om verschillende redenen een bijzonder zware klap geweest is voor mij. Maar daar ga ik straks dieper op in.”

“Het heeft me in mijn leven al heel veel tijd gekost om te rouwen en betekenis te geven aan al die verlieservaringen. Vaak begrijpen we dingen niet onmiddellijk als ze gebeuren en het vraagt echt veel tijd om ze laagje per laagje te verwerken.”

“We zijn nu ondertussen zes jaar verder na het overlijden van mijn broer en dat rouwproces is absoluut de katalysator geweest om de innerlijke beleving van mijn verlieservaringen ook naar buiten te brengen. Gedichten schrijven is daarbij een eerste stap geweest. Omdat het rouwproces om mijn broer een bewust rouwproces was, ben ik verdriet echt beginnen te begrijpen. Als klein kindje gebeurde de verliesverwerking van mijn mama onbewust, dat zat meer in mijn lichaam. Dat is een trauma waar je later iets mee kan doen. Bij mijn broer was het rauwe rouw. Door te schrijven heb ik een manier gevonden om houvast te ervaren en actief met dat verdriet in gesprek te gaan. Zo zijn de gedichten er gekomen, en uiteindelijk ook de doorleefde gedichtenbundel ‘Op het bankje van verdriet’.”

"De dood van mijn broer heeft er absoluut mee voor gezorgd dat ik mezelf op een diepere laag leerde kennen. Ik voelde: nu is het tijd om echt op te staan als Eve en te leren zijn wie ik ben, zonder te veel compromissen."

“Doorheen de jaren groeide ook het idee om coach te worden, omdat ik dat heel graag ben. Ik ben opgeleid als criminologe, en heb zowel op beleidsniveau als in de hulpverlening gewerkt. Maar ik vond er nooit helemaal mijn plek. In de logge systemen en politieke structuren verloor ik energie en kon ik mijn ei niet leggen. Maar ik kon wel dat coachingstalent ontwikkelen en wist dat ik met heel veel soorten mensen kon omgaan.”

“De dood van mijn broer heeft er absoluut mee voor gezorgd dat ik mezelf op een diepere laag leerde kennen. Ik voelde: nu is het tijd om echt op te staan als Eve en te leren zijn wie ik ben, zonder te veel compromissen. Omdat onze relatie complex was, -we waren elkaars tegenpolen- werd ik door deze extreme situatie uitgenodigd om naar mezelf op zoek te gaan. Dat is een groot innerlijk werk, dat bikkelhard en allesbehalve simpel was. Maar na een aantal jaren kon ik wel zien dat de spiegel die mijn broer me gaf, ook een geschenk was om als persoon te groeien. Volgens mij is dat de clou van het interview en van het omgaan met verlies. Dat je innerlijk werk te doen hebt om je emoties te leren kennen en te doorvoelen, om daarna beter te begrijpen wie je (geworden) bent en welke geschenken de situatie jou heeft gebracht.”

"Volgens mij is dat de clou van het interview en van het omgaan met verlies. Dat je innerlijk werk te doen hebt om je emoties te leren kennen en te doorvoelen, om daarna beter te begrijpen wie je (geworden) bent en welke geschenken de situatie jou heeft gebracht."

Hoe verliep het rouwproces om het verlies van je broer concreet? Er zat nog ruis op de lijn tussen jullie, bij zijn overlijden. Speelde de complexe relatie met hem je parten?

“Ja, natuurlijk. Eerst kwam ik, wat velen wel herkennen, in een fase van overleven terecht. Dat is het moment waarop de grond onder je voeten wegzakt en je niet begrijpt wat jou overkomt. Er is verdriet, zoveel verdriet, en bij complexe relaties komt daar zeker ook schuld en schaamte bij. Het eerste jaar was echt rauwe rouw. Ik voelde me gebroken en ik wist ook niet goed hoe ik dat moest aanpakken. Ik dacht: ‘Misschien is dat wat rouwen is, dus ik ga dat laten gebeuren en ga door die fase van overleven’. Na een jaar besefte ik dat alles nog heel diep zat en dat ik naar de kern van onze relatie moest gaan, want dat het geen normaal rouwproces was. Ik denk dat dat wel een belangrijk gegeven is. Er zijn rouwprocessen die van nature rustig kunnen verlopen als er genoeg vrede en begrip en helderheid is geweest in de relatie met de overledene. Maar als dat niet zo is, dan is het belangrijk dat er hulp is. Zelf ben ik heel dankbaar dat die hulp er was. Anders zou ik nu nog steeds vastzitten op dat punt. Maar ik wist dat vooraf ook allemaal niet, dus het was een hele ontdekkingsreis.”

Het verlies van je broer bracht nog andere verliezen met zich mee?

“In dat jaar van rauwe rouw vielen er verschillende dingen weg: ik was gestopt met mijn job, alleen naar Brussel verhuisd en veel oude vrienden zag ik niet meer. Nu begrijp ik dat het zo wel moest zijn, die tabula rasa. Maar op dat moment was het allemaal super pijnlijk en heel eenzaam. Na dat eerste rouwjaar voelde ik precies wel een vlammetje. Zoiets als: ‘Ik begrijp dat deze rouw in mijn leven is, maar ik wil me toch ook naar het leven blijven bewegen’. Ik heb toen een ontspannende activiteit gezocht in Brussel en ben beginnen kajakken. In die club heb ik mijn huidige man leren kennen. Voor diegenen die van symboliek houden: op de dag van de begrafenis, één jaar later, zat ik in die kajak en heb ik hem leren kennen. Ik hou wel van symboliek (lacht). Maar dan kwam ineens ook het hele opbouwen van een relatie, wat voor mij de eerste keer was vanuit mijn hart. En dat ging zeker niet zonder slag of stoot. Ik had immers het hechtingstrauma als klein kindje mee, wat zich opnieuw uit wanneer je je diep gaat verbinden met iemand. In het begin was dat zeer heftig en bracht dat diepe, oude pijnen met zich mee. Wat ergens ook mooi is, want die pijnen komen terug om te helen, om ze te doorleven, laagje per laagje. Heel circulair, zoals in de natuur. Mijn rouwproces ging dus verder én ik zette ook een stevige voet in het leven door die relatie aan te gaan.”

"Mijn rouwproces ging dus verder én ik zette ook een stevige voet in het leven."

“Toen we een jaar later op vakantie waren in de bergen, merkte ik dat er innerlijk nog iets op mij woog, waardoor ik nog niet helemaal uit die rouwperiode kon. Dat is het moment waarop ik mijn therapeute heb gecontacteerd om met haar eens in de diepte naar de relatie met mijn broer te kijken. Ik ben met haar aan de slag gegaan en dat is een heel helend proces geweest. Zij is cognitief psychologe met ook kennis van systemisch werk. Bij systemisch werk kijk je naar heel je familiesysteem en kan je ook op energetisch niveau verbinding maken met een persoon, ook al is die er fysiek niet meer. Zo krijg je de kans om nog dingen uit te spreken of te herstellen naar de overledene toe. Ik denk dat we dat nu wat missen in onze maatschappij: kloppende manieren vinden om te verbinden met de overledene als dat gewenst is.”

Ja, het lijkt soms wel alsof het gewoon helemaal stopt nadat iemand overleden is.

“Dat is omdat we de volledige connotatie met een soort van leven na de dood kwijt zijn hé. We hebben enkel de klassieke religies die er een hemel of ik weet niet wat van gemaakt hebben, maar dat past ook niet bij iedereen. Er is ook geen pasklare waarheid, maar daarmee hebben we wel heel het idee weggegooid. En dat maakt het moeilijk, want nu is de heersende idee: dat lichaam is er niet meer, de persoon is weg, dus ik kan er ook niets meer mee. Dat maakt ons op een bepaalde manier enorm emotioneel machteloos en het klopt ook niet. Voor mij, maar dat is natuurlijk persoonlijk, is de natuur een stroom die steeds blijft stromen. En dat zien we in de bomen en dat zien we in de seizoenen. En dat lichaam is er misschien niet meer, maar die persoon heeft wel een ziel en een energie gehad, die ik nog kan aanspreken. Soms hoor je wel vaker dat mensen nog een aanwezigheid voelen, in grote of kleinere dingetjes. Het is goed dat iedereen dat op zijn eigen manier voelt en ervaart, maar dat we niet automatisch de deur toe doen voor alles wat niet zichtbaar is, omdat hetgeen volwaardige plaats heeft in onze maatschappij.”

"Voor mij, maar dat is natuurlijk persoonlijk, is de natuur een stroom die steeds blijft stromen. En dat zien we in de bomen en dat zien we in de seizoenen. En dat lichaam is er misschien niet meer, maar die persoon heeft wel een ziel en een energie gehad, die ik nog kan aanspreken."

Tijdens een opleiding op de sterfdag van je broer, vroeg je om een stoel bij te schuiven voor hem. Dat vond ik een heel mooi gebaar om zichtbaar te maken dat het gemis nog speelt. Was dat iets éénmalig of zijn dat dingen die je nog doet of waartoe je mensen uitnodigt?  

“Dat is in dat moment spontaan ontstaan, maar ik denk wel dat ik al lang besef -en vele mensen met mij- dat we weinig symboliek en rituelen meer over hebben. Er is absoluut ook al eens een moment geweest op zijn verjaardag of zo dat we een bordje mee aan tafel zetten en een Jupiler er bij, zodat hij er ook even is. Tijdens die opleiding zaten we in een cirkel en was dat heel mooi dat er een stoel bij kon. Het kan ook iets anders zijn, maar het is mooi dat er ruimte voor is in het hier en nu, en ik denk dat velen dat missen.”

Je kan dus ook kiezen voor het leven én de dood als in een circulair proces waarbij je met de mensen die overgegaan zijn – ieder op zijn manier - nog een contact kunt blijven houden?

“Ja, en dat is de beweging die we in het westen niet meer kennen hé. Gisteren schreef ik een nieuwsbrief over het lemniscaat of de liggende acht, het symbool van oneindigheid. Vorige maand heb ik tijdens een week danstherapie mogen ervaren hoe alles verbonden is met elkaar en constant in beweging is. Je beweegt van het ene uiterste naar het andere uiterste en dat gaat over je lichaam, maar ook over verdriet en vreugde, over liefde en wanhoop, en over leven en dood als we het extreem bekijken. Dat symbool van de liggende acht draag ik sindsdien mee. Het brengt enorm veel hoop en troost, te weten dat, als je je in één uiterste bevindt, je ook naar het ander uiterste toe kunt bewegen. Dat je nergens eeuwig in blijft zitten en je altijd de beweging terug kunt maken. Net omdat dat een wetmatigheid van de natuur is. De natuur beweegt zo door die volle zomer naar die bijna dode winter om zich ook weer op te laden.  En de dood, voor mij, is ergens ook een bevrijding van het fysieke lichaam, waardoor degene die dat lichaam bewoonde op zijn manier ook weer een andere stroom kan ingaan. Ik kleef daar geen theorie op, ik ben ook niet mega-spiritueel, -eerder aards spiritueel misschien-, maar ik hou van de energiestroom en ik hou van het verbinden van alle generaties en alle levende wezens, voorbij tijd en ruimte. Voor mij zit alles vervat in één groot levens-web met allemaal draadjes. En we kunnen licht sturen in die draadjes en ik kan dat draadje leggen met mijn broer en mijn familie, maar ook met u en alle mensen die nog moeten komen of met mijn voorouders die er al lang niet meer zijn.”

Zie je in je eigen familie een ontwikkeling in de manier waarmee er wordt omgegaan met rouw en verlies?

“In onze familie was verlies en verdriet aanwezig doorheen verschillende generaties: mijn grootmoeder was haar moeder al verloren toen ze zes was. Ze zeiden tegen haar dat haar mama voor lange tijd op reis was. Mijn grootmoeder stond dus op haar zes jaar elke dag aan het tuinpoortje te wachten op haar mama. Vreselijk is dat! Zelf kreeg zij later drie dochters, waarvan mijn mama als jongste. Haar twee zussen overleden redelijk jong en voor zover ik weet, heeft mijn mama daar niet echt openlijk over kunnen rouwen. Dan kreeg mama mijn zusje als eerste kind, bij wie op jonge leeftijd kanker werd vastgesteld. En later dus ook bij mijn mama. Verlies zat zo verweven in die familielijn. Gelukkig leren we nu via de wetenschap iets meer over het overdragen van trauma en onverwerkte emoties in een familielijn. Op een gegeven moment komt dat dan bij een bepaalde generatie die daar iets mee kan doen. Die daar iets meer leven of licht in kan brengen, onder welke vorm dan ook. Zonder afbreuk te doen aan de vorige generaties, want ik denk dat iedere generatie doet wat ze kan in de omstandigheden die er zijn. Ergens is het ook schoon en brengt het  -ondanks het vele verdriet en verlies- ook betekenis in mijn leven: dat ik licht op dat onverwerkt verdriet mag laten schijnen, dat ik het mag laten zien en in de wereld mag brengen. Daarover vertellen en schrijven, ermee wroeten, maar ook onze verhuis naar en mijn sabbatjaar in de Franse Ardennen vorig jaar, heeft er allemaal mee voor gezorgd dat De zachte bedding is ontstaan.”

Als kind ben je je mama heel vlug verloren, als je daar nu op terugkijkt, werd je daar op de gepaste manier geholpen, ondersteund?

“Op emotioneel vlak niet.”

Ze hebben niet gezegd, zoals bij je grootmoeder, dat mama op reis was?

“Nee, dat niet. Er is wel over gesproken geweest, maar het is niet doorvoeld geweest. Ik heb het, denk ik, heel snel als klein kindje aangevoeld, dat ik mijn verdriet moest wegsteken, dus dat is mijn overlevingsmechanisme geworden: mijn kwetsbaarheid verstoppen. Wat ook moet, denk ik, want als kindje van twee kán je ook niet beginnen doorvoelen. Want het is veel te jong en de shock is veel te groot. Dus het is wat het is. Toen ik 24 was, zijn de eerste muren beginnen afbrokkelen door een reeks omstandigheden, en kon ik beginnen rouwen om mijn moeder. Ik zie en begrijp dat overlevingsmechanisme nu heel goed. Mocht mijn vader indertijd voorgesteld hebben om naar een kinderpsycholoog te gaan, dan was ik misschien al eerder de confrontatie aangegaan. Maar ik zie dat niet als een mega groot gebrek ofzo. Nu ben ik ‘gewoon’ door mijn unief kunnen gaan, en dat was op dat moment dan weer belangrijk. Ik heb een fijne jeugd gehad, met alle normaliteiten die erbij horen en vrienden en feesten.”

Heeft jouw papa heeft je veel vertrouwen gegeven tijdens jouw rouwprocessen?

“Het verdriet heeft tijdens mijn kindertijd nooit openlijk bestaan, maar ik heb er later met mijn papa wel veel over kunnen spreken en nu nog. Hij heeft mij enorm gesteund en vertrouwen gegeven tijdens die rauwe rouw. Vertrouwen dat ik op dat moment zelf nog niet had, want ik wist helemaal niet wat er gebeurde op mijn 24ste. Toen brak alles open hé, ‘the cracks’, à la Leonard Cohen. Je komt stoer uit je jeugd, je bent jong en ineens valt alles in duigen met ook een ontslag en een auto-ongeluk. Mijn papa zag wat er gebeurde. Ik ben toen voor de eerste keer naar een psychologe geweest. Papa heeft een heel jaar lang dat vertrouwen gehouden en hij heeft gezegd: “Ga die weg maar, want ge gaat een pareltje in u vinden”. Ik krijg er nog de tranen van in mijn ogen. “Ge gaat een pareltje in u vinden, het pareltje dat gij zijt, uw pareltje”. Ik denk dat hij ergens weet dat hij niet zo diep kan gaan voor zichzelf. Maar hij doet wat hij kan, op zijn manier, en dat is zo schoon en krachtig, want dat is toch een andere generatie.”

En hij ziet u hé!

“Ja, hij ziet dat en hij zegt dat. Hij is enorm fier op mij. Hij is ook heel fier op mijn broer. Mijn broer heeft een ander pad bewandeld, hij is nooit de confrontatie met zijn verdriet aangegaan, maar hij heeft voor zichzelf wel een heel betekenisvol pad afgelegd. En dat is ook een belangrijke: we moeten  niet verlangen dat iedereen dat kan of voor iedereen is weggelegd, het volledig doorwerken van emoties. Hier zit een belangrijk stuk acceptatie in. Ik zie mijn broer niet minder graag, omdat hij niet in die emotionele verwerking gegaan is. Maar ik kan er wel soms kwaad om zijn.”

"Papa heeft een heel jaar lang dat vertrouwen gehouden en hij heeft gezegd: “Ga die weg maar, want ge gaat een pareltje in u vinden.”

Is dat kwaadheid vanuit onmacht en vanuit het idee dat het ook anders had gekund?

“Ja, absoluut, daar zit ook een stuk rouw onder. Ik denk dat het belangrijk is dat we kunnen rouwen om de perfecte relatie die er niet is geweest. De relatie tussen broer-zus of ouder-kind of nog een andere. Dat mag ook gezegd worden, en dan kunnen die boosheid en teleurstelling bestaan.”

Het is maar een kleine nuance, maar wel een heel mooie vind ik, dat je niet enkel rationeel zegt: de perfectie bestaat niet. Natuurlijk bestaat die niet, maar je kan er wel om rouwen.

“Ja, en er kwaad om zijn want dat is weer doorvoelen en dus heel belangrijk. We mogen kwaad en teleurgesteld zijn om de dingen die niet zijn gelopen zoals we wilden. Absoluut.”

Bij verlies heb je de emotie verdriet en de emotie boosheid (en nog vele andere natuurlijk). Ik heb soms de indruk dat verdriet, nog gemakkelijker hanteerbaar is. Bij verlies kan je wenen, dat lucht op, maar woede… Je wil uw pijlen niet op de ander richten. Maar hoe krijg je dat er uit hé?

“Ja, dat is een moeilijke hé, dat is echt zo een oer-emotie. Als ik dat zeg, dan voel ik dat in mijn buik. We zien vaak verkeerde veruiterlijkingen van woede wanneer mensen overgaan tot geweld. Ik denk, als je al eens goed kan roepen aan de zee, dat dat ook al goed is. Of eens goed luid zingen, dat doe ik soms wel alleen in het bos. Je kan ook je boosheid neerschrijven, rondspringen of wat schudderen of yoga-oefeningen doen. Stel dat je zegt: “Oké, ik laat toe om die boosheid te voelen en ik ga die eens helemaal vastpakken in mijn lichaam”. Wat wil je lichaam dan doen? Ik wil dan beginnen drummen of djembéspelen, of erop dansen. Dan ga je precies naar die oerritmes van in Afrika of de Aboriginals. Ook dat hebben wij ook niet echt in onze cultuur hé, dat je dan maar gewoons eens keihard kan beginnen dansen. Eigenlijk is boosheid een oer-gevoel dat terug moet kunnen beginnen doorstromen. Verdriet is op dat vlak inderdaad soms wel zachter.”

Kan je iets vertellen over het verschil tussen de periode van rauwe rouw en de periode nadien, nadat je een stuk verwerking had gedaan?

“De sleutel of het grootste verschil tussen de twee is die innerlijke bedding. Toen ik in de rauwe rouw zat, na het verlies van mijn broer, was ik alles kwijt. De grond was van onder mijn voeten en er was geen innerlijke bedding. Ik wist niet hoe ik houvast kon vinden in mezelf. En dat zie ik dan als de uitnodiging waar verlies en alle moeilijke ervaringen ons toe leiden: naar verinnerlijken, naar je eigen bedding vinden. Dat gaat dan vooral over liefde, zelfvertrouwen, over je innerlijk leiderschap begrijpen en de acties ondernemen die je nodig hebt om verder te kunnen. Je eigen moeder zijn, je eigen vader zijn, je eigen oermoeder zijn, je eigen oervader zijn. Weten ook, dat je bij machte bent om met die emoties om te gaan. Weten dat je jezelf kan troosten, ook al is het heel moeilijk. En tegelijkertijd uitreiken wanneer het nodig is. Bij mij is die groei heel organisch ontstaan. De dingen die ik nodig had, kwamen op mijn pad of ik leerde er naar vragen. Maar tegelijkertijd is tijd echt heel belangrijk:  tijd om bij alles stil te kunnen staan, tijd om naar binnen te keren en te reflecteren. ‘Waar ben ik nu en hoe voelt dat nu? En wat betekent dat nu?’ Het grootste verschil tussen de rauwe rouw en nu, is die eigen innerlijke bedding.”

En ook de uitnodiging om uw gevoel daar heel erg bij te betrekken? Niet té ver vooruit te kijken maar eerder attent te zijn op wat je in een moment deugd doet en te ervaren wat daar dan uit voort komt?

“Enorm, ja en dat is dan een stuk intuïtie hé. We leven ineen ratio maatschappij, maar intuïtie is echt zo de eerste fling als je op iets botst. Je krijgt er een kriebeltje bij. Je gaat in eerste instantie altijd wel vanuit je hoofd naar iets zoeken, maar er is toch altijd iets dat uw buik aanspreekt. Je kan bijvoorbeeld tien websites vergelijken, maar uw buik gaat dan toch naar één neigen. En dat is uw intuïtie. Daar mogen we absoluut meer naartoe. Al onze emoties ook, die zitten niet in ons hoofd, die zitten in onze buik. Het is belangrijk om je lichaam, je buik en je hele zijn te betrekken in eender welk proces. Het letterlijk doorvoelen van je gevoelens, er niet alleen over praten, is heel cruciaal. Misschien is dat ook zo met depressie. Ons lichaam en onze buik, waar ons oer-verstand zit, zijn echt een belangrijke sleutel, waar we nog niet zoveel definities en ruimte voor hebben in onze maatschappij.”

Als je spreekt over die eenzame periodes, is er dan een tip die je kan geven voor mensen die zich in eenzaamheid bevinden?

“Ik heb De zachte bedding deels opgericht vanuit het gemis dat ik zelf heb ervaren. Ik wist indertijd ook niet goed waar ik naartoe moest gaan. Uiteindelijk is een compagnon van Lost & Co wel een hulp geweest. Maar het moet toch al een heel veilige omgeving zijn, waar je heen kan met je verdriet. Ik heb gemerkt dat ik niet in elke vriendenkring terecht kon met mijn verdriet, op de manier die ik verlangde. Sommigen zeiden dan ‘We spoelen dat wel eens weg’, maar ik had echt behoefte om te kunnen huilen in iemands armen. Dat ging toen niet, dus wat ik dan wel deed, was mij nog meer isoleren. Toen was ik ook niet bij machte om daar woorden aan te geven en tegen iemand te zeggen wat ik nodig had. Ik was te veel aan het overleven en daar geen energie voor. Daardoor zijn een aantal vriendschappen wel uit elkaar gegroeid. Maar er zijn er ook waar ik dat gesprek nadien nog mee heb kunnen voeren. Daardoor konden zij ook zeggen hoe moeilijk het voor hen was. Maar in het algemeen denk ik dat je je echt wel goed moet voelen bij iemand als je uitreikt. Anders kan het ook schadelijk of dubbel pijnlijk zijn. En als je dat niet in je omgeving hebt, neem dan toch maar met een professional of een lotgenotenorganisatie contact op. Of met Lost & Co.”

Teken dat ons werk nog meer en meer in de wereld mag gezet worden hé :-)

“Ja, ik heb toen via jullie website contact opgenomen, maar dat ging vooral over Lier hé. En ik zat in Brussel, dus dat was een moeilijkverhaal. Ik ben 2 keer naar die compagnon gereden, maar dat was in Mortsel. Als je al weinig energie hebt, is dat eigenlijk niet te doen. Mijn grootste wens is dat jullie kunnen uitbreiden over heel het land.”

Met de zachte bedding neem je mensen mee in de ervaring, wat ruimer is dan alleen praten.

“Ik voel dat ik een soort van rouw-coaching-praktijk op maat wil brengen, waarin alle elementen die ik zelf heb beleefd rond innerlijk werk samenkomen. Minder in aparte vakjes: eerst naar de psycholoog, dan een paar dagen de natuur in trekken en dan eens lichaamswerk doen. Nee, het gaat over samen op ontdekking gaan en alles met elkaar verweven. Zien wat er ontstaat, en tijd en ruimte nemen. De natuur werkt ondersteunend, en ik help plaatsen en kaderen. Maar ook online werken lukt prima als iemand zich niet wil of kan verplaatsen. Het voelt voor mij als een formule die nog verder zal groeien.”

Je zei het al: je hebt de meer natuurlijke rouwprocessen en dan meer complexe.

“Voor de complexe, denk ik dat veel mensen met schuld en schaamte zitten. Dan is het zeker goed dat er professionele hulp is.”

Hoe ben jij bij de juiste persoon terecht gekomen?

“Ik had al een therapeute die ik kende van vroeger, dus dat was wel goed want het is altijd wel zoeken. In elk gebied heb je te zoeken naar de juiste persoon. Maar ook daar, intuïtie hé (knipoogt).Er was ook een ex-collega en een goede vriendin waar ik wel steun van gehad heb. Maar ja, dikwijls komen ze niet uit de lucht gevallen. Ik denk dat ik wel graag wat meer mensen rond mij zou hebben gehad. Maar de vraag is dan ook hoeveel je er aankan op dat moment.”

Kijk je daar nog anders naar, nu achteraf?

“Als ik nu vanuit de volwassen Eve spreek, zou ik wel sneller hulp gezocht hebben. Ik zou sneller naar mijn huisdokter gegaan zijn.. Ik heb dat wel gedaan, maar altijd later dan nodig. Als je echt alleen bent, is het niet gemakkelijk. Ik heb geen broer of zus meer, of een ander familie-web waar ik close mee ben. Er is niet altijd een pasklaar antwoord.”

Wellicht is dat inderdaad een zoektocht die mensen dan te maken hebben.

“Ja. Ik weet wel, toen ik voor de eerste keer van Lost &Co hoorde, dat de tranen over mijn wangen rolden. Omdat ik voelde dat dat iets was waar ik absoluut ook nood aan had.”

‘Verdriet heeft me dichter bij huis gebracht’ zei je onlangs tijdens een lezing. Hoe zie je da precies?

“Ik denk dat ik absoluut door dat verdriet moest gaan om ook de liefde te voelen die ermee verbonden was. Vaak scheiden we die twee van elkaar. Maar je moet je gevoelens doorvoelen om nadien terug die beweging te maken naar liefde en te weten dat alles verbonden is. Dus verdriet brengt mij inderdaad ook naar mijn innerlijke thuis en dat is die zachte bedding.”

Dankjewel Eve om je verhaal te delen!

Op het bankje van verdriet met Eve

Op vrijdag 10 februari komt Eve Schippers naar Gloed. Eve schrijft gedichten over rouw, omgaan met pijn en verlies, liefde en innerlijke groei. Ze houdt ervan om moeilijke en diepgaande thema’s om te zetten in eenvoudige taal. Door ze een rijm- of dichtjasje te geven krijgen ze een lichtzinnige toets, waardoor ze voor meer mensen toegankelijk worden. Zo hoopt ze dat haar teksten je mogen troosten, helen en inspireren. Eve zal voorlezen uit haar gedichtenbundel ' Op het bankje van verdriet'.

Ook op facebook heeft Eve een bankje van verdriet

"Heb jij ook soms verdriet ? Kom maar even op mijn bankje zitten. Ik heb het er speciaal voor geplaatst. Wil je graag iets kwijt ? Een herinnering aan iemand die je graag zag, een diepe zucht, een zelfgeschreven verdrietlied, een vraag om wat steun ? Op dit bankje mag het allemaal. Veel liefs x"
Terug naar het overzicht